In 1994 was het de grote sensatie in Amsterdam: de Digitale Stad. Eindelijk kon het algemene publiek het internet op. Kunstenaars, ambtenaren, studenten, journalisten, ze stonden in de rij om er aan deel te nemen. Ik ook. Marleen Stikker was een van de oprichters van de Digitale Stad en de eerste ‘burgemeester’. Ze bleef steeds betrokken bij digitale ontwikkelingen, maar koos niet voor ‘de rode Ferrari’, het grote geld. Ze werd directeur van Waag (eerder bekend onder andere namen), een instituut dat zich richt op de publieke rol van internet en andere technologiën. Flame wars Met De Digitale Stad (DDS) liep het niet goed af. Het werd verscheurd door flame wars, toneel van een strijd om de macht en overvleugeld door grote internetproviders. De weergave van de geschiedenis van DDS door Stikker is die van de betrokken insider. Heel veel afstand neemt ze niet. Grappig is de anekdote dat ze op een bedje sliep in een ruimte met allemaal modems, om die te bewaken. Want er zat geen slot op de deur. De romantiek druipt er vanaf. “Je voelde de warmte. En als het ware het zuchten en kreunen van internet,” zei Stikker in een interview. Het duurde een paar…