Zie hier voor een overzicht van de boeken van Yuval Noah Harari
De Israëlische historicus Yuval Noah Harari deinst niet terug voor grote vragen. De geschiedenis en de toekomst van de mensheid beschreef hij prachtig in Sapiens en Homo Deus. In zijn nieuwe boek 21 lessen voor de 21ste eeuw beschrijft hij het heden, verkent hij de nabije toekomst, maar zoekt ook naar de zin van het leven. Dat levert een tamelijk somber boek op en ook het meest pretentieuze van het trio.
Digitale dictatuur
Een belangrijk punt van Harari is dat mensen meer in verhalen geloven dan in feiten. Die verhalen (christendom, liberalisme, etc.) maken het mogelijk om in grote groepen samen te werken en dat is wat ons wezenlijk onderscheid van andere dieren. Maar die grote verhalen werken niet meer. Na de ondergang van het fascisme en het communisme is nu het liberalisme terrein aan het verliezen. Het idee van de vrije wil van mensen, het fundament van het liberalisme, klopt namelijk niet. Straks kennen de algoritmes ons beter dan wij onszelf kennen en worden onze keuzes (nog meer dan nu) gemanipuleerd. Dan dreigt een digitale dictatuur met een nieuwe standenmaatschappij.
Liberale vooruitgangsdenkers als Steven Pinker zullen ontkennen dat het liberalisme failliet is. Ze willen ecologische ineenstorting met technologische middelen voorkomen en zien technologie meer als oplossing dan als probleem. Verder gaan ze er vanuit dat de rede altijd weer een uitweg vindt. Dat is een interessant debat, dat zich dagelijks ontrolt.
Harari stipt veel van de heden ten dage bekende zorgen aan, over robotisering, vrijheid en gelijkheid, terrorisme, oorlog en nationalisme. Zijn conclusies zijn soms dramatisch, zoals over de macht van de algoritmes. Maar vaak is hij ook genuanceerd. Als het om religie gaat verschijnt er vaker een venijnig trekje in zijn betoog. Zijn ervaringen in Israël zijn daar niet vreemd aan. Maar dan is hij toch weer bereid goede dingen te zien in bepaalde uitingen van religie.
Alternatieven
Wie dergelijke grote vraagstukken aansnijdt, is wel haast verplicht om zelf met alternatieven te komen. Harari presenteert twee wegen, waarbij hij zelf twijfels houdt. Het eerste is het ‘seculiere ideaal’ dat bestaat uit toewijding aan waarheid, medeleven, gelijkheid, vrijheid, moed en verantwoordelijkheid. Dit seculiere ideaal is niet voorbehouden aan ongelovigen, ook veel gelovigen delen dit. Hier lijkt Harari een schitterend verhaal te vertellen, dat kan dienen als de basis voor samenwerking. Maar die idealen zijn misschien te hoog gegrepen voor omvangrijke samenlevingen, zo voegt hij er aan toe. Mensen houden in het algemeen helemaal niet van de waarheid, maar van verhalen, het meest van verhalen over goed en kwaad waarin ze zelf de heldenrol hebben.
Meditatie
Het andere ideaal is het verwerven van zelfkennis door meditatie. Waarbij ook het zelf een fictie is. Harari mediteert twee uur per dag en gaat op lange retraites. Ook hier weer slaat de twijfel snel toe. Hij vraagt zich af of er wereldvrede en harmonie komen als acht miljard mensen gaan mediteren. Mensen zullen al snel weer een reden vinden om oorlog te gaan voeren, vermoedt hij.
Wie dit boek leest met de hoop op een optimistisch einde, komt bedrogen uit. Ook al heeft Harari zelf veel baat bij meditatie, is hij zich ervan bewust dat het geen panacee is. Zo vreemd is dat ook niet, want Harari is er vooral op uit om grote verhalen te ontzenuwen. Het is dan lastig om zelf een groot verhaal als het grote alternatief voor te stellen. Zijn pogingen blijven dan ook wel steken in voorzetten. Uiteindelijk is zijn conclusie dat lijden het meest reëel in de wereld is. Daar klinkt een religieuze, boeddhistische en pessimistische boodschap in door. Maar deze stelling werkt hij niet ver uit.
Grote woorden
Harari probeert steeds tot de essentie van belangrijke kwesties door te dringen en hij presenteert zijn bevindingen op een toegankelijke manier, vaak met de nodige humor en voorbeelden van Shakespeare tot Pulp Fiction. Heel vaak werkt die lichte toon, maar soms ook niet. Dan is de luchtigheid een manier om ingewikkelde kwesties te snel te relativeren en ontbreekt de diepgang, zoals bij zijn stelling over het lijden. De opzet van dit boek, met afzonderlijke hoofdstukken die wat makkelijk aan elkaar zijn gebreid, versterkt het idee van een wat te grote greep.
Tegenover die luchtige toon staan ook veel grote woorden: de mensheid staat nu voor haar grootste beproevingen en veranderingen gaan nu sneller dan ooit en dergelijke. We moeten op zoek naar betekenis. Hebben we dat niet al te vaak gehoord? Vaker komt Harari niet voorbij gemeenplaatsen: zoals dat migratie (naar Europa) in een zakelijk debat moet worden besproken en niet op een manier waarbij een partij als nazi’s en de andere als landverraders wordt afgeschilderd. (Elders in het boek schrijft hij dat mensen vaak fascistische ideeën aanhangen zonder het zelf te weten.) Het steeds met logica willen ondermijnen van de ‘grote verhalen’ wordt een te makkelijk trucje.
Voor wie zijn eerdere werk kent, komt veel in dit boek bekend voor. We kunnen veel leren van de nuchtere analyses van Harari, en veel van zijn zorgen delen, maar lang niet alle lessen in zijn boek zijn even overtuigend. Soms zijn vragen te groot.
(Deze recensie is gebaseerd op de Engelstalige editie.)
Geen reacties