De geschiedenis herhaalt zich. Mensen kunnen hun verleden niet loslaten, zelfs niet verwerken. Ze zijn gedoemd dezelfde fouten keer op keer te maken en van generatie naar generatie door te geven, als een gen waar men geen greep op heeft. Dat is de wat sombere boodschap van De Geur van Ultramar, een breed uitwaaierende roman over oolog, geweld, trauma en het algehele menselijk onvermogen. De hoofdpersoon is de Portugees Miguel, die soldaat is geweest in de oorlog in Angola. Hij verlaat zijn land en gaat in Rotterdam wonen. Maar zijn post-traumatische stressstoornis blijft onbehandeld. Dat zet hem aan tot drankmisbruik en geweld, waarmee hij niet alleen zijn eigen leven, maar ook dat van zijn familie ruiïneert.