De Eenprocentdoctrine – Ron Suskind

juli 17, 2006

suskindWachten op hard bewijs of handelen op grond van vermoedens; dat is het dilemma voor de bestrijders van terrorisme. Volgens journalist Ron Suskind heeft de regering van de VS voor het laatste gekozen. 

Ook als er maar één procent kans is dat iets of iemand een serieuze terroristische bedreiging vormt, moet worden opgetreden. Suskind schrijft deze ‘eenprocentdoctrine’ toe aan vicepresident Dick Cheney. Cheney kwam er min of meer spontaan mee, toen hij op de hoogte werd gebracht van gesprekken tussen Al Qaida en radicaliserende Pakistaanse kerngeleerden. Niet de analyse of het bewijs doen er toe, maar de actie van de VS.

Het belangrijkste voorbeeld van de eenprocentdoctrine is uiteraard de inval in Irak. Bewijs van het bezit of produceren van massavernietigingswapens speelde geen doorslaggevende rol. Het ging om de kans dat Saddam Hoessein in bezit was van dergelijke wapens. Plus natuurlijk de weerzin tegen Saddam in het neoconservatieve kamp en bij  oudgedienden als Cheney en minister van Defensie Donald Rumsfeld. De grootste fout van Bush sr. in 1991 was volgens hen dat hij toen niet  naar Bagdad was doorgestoten. De aanval op Irak zou een demonstratie van de actiebereidheid, de  daadkracht van de VS zijn. Juist deze aanval zou de tegenstander tonen dat de Amerikanen nergens voor terugdeinzen. Dat paste ook precies bij een latere uitspraak van Bush over de terroristen in Irak. “Laat hen maar komen. ”

Suskind inventariseert ook andere ontwikkelingen in de ‘ oorlog’ tegen het terrorisme. Hij ontrafelt hoe martelen voor de VS acceptabel is geworden. Hij beschrijft, niet als eerste, hoe de CIA erop aandrong Amerikaanse troepen in te zetten bij de belegering van Thora Bora, waar Osama Bin Laden heen was gevlucht. Hij wijst op het grote belang dat  werd gehecht aan het in de gaten houden van financiële transacties. Maar ook hoe de CIA in Pakistan een bank overnam waar vele Al Qaida-leden zaken deden.

Het verslag van Suskind bevestigt het beeld van het Witte Huis waar niet president Bush, maar anderen aan de touwtjes trekken. Aanvankelijk was dat Cheney, geassisteerd door zijn oude kameraad, Rumsfeld. Later werd de rol van veiligheidsadviseur Condoleezza Rice belangrijker.

De rol van tragische held wordt in zijn boek vervuld door CIA-directeur George Tenet, die wel het belang van correcte informatie, bijvoorbeeld over Irak, inzag. Maar Tenet wordt in feite de gevangene van Bush als deze hem na 11 september tegen kritiek beschermt. Later werd Tenet juist verantwoordelijk gehouden voor de verkeerde informatie over Irak. Suskind probeert dat beeld nu recht te zetten, maar juist de grote sympathie voor de penibele positie van Tenet maakt het boek onevenwichtig. Conservatieve critici zien er – weer – een bewijs in dat de CIA via lekken het eigen straatje wil schoonvegen.

Omstreden onthullingen 

Suskind onthulde dat Al Qaida in 2002 bezig was met de voorbereidingen van een aanval op de metro van New York met waterstofcyanide. In een laat stadium annuleerde Ayman al-Zawahiri, de tweede man van Al Qaida, de aanslag. Er waren op dat moment belangrijkere doelwitten dan de Verenigde Staten.

Volgens Suskind waarschuwde de CIA de Britse zusterorganisatie MI5 voor  Mohammed Siddique Khan, de leider van de zelfmoordgroep die op 7 juli  vorig jaar in Londen toesloeg. Een reis van Khan naar de Verenigde Staten werd verhinderd door hem op een no-fly list te zetten. Maar in Groot-Brittannië werd hij met rust gelaten. Uiteraard was dat in Groot-Brittannië groot nieuws. Maar de onthulling van Suskind werd in twijfel getrokken. Hij zou twee ‘ Khans’ hebben verwisseld. Suskind ontkende dit, maar een keihard bewijs dat hij het bij het rechte eind had, heeft hij niet geleverd.

Suskinds beweringen over het belang van Al Qaida-lid Abu Zubayhad  worden fel bediscussieerd op de gespecialiseerde weblogs. Volgens Suskind was Abu Zubayhad niet de hoofdrolspeler die sommige Amerikaanse autoriteiten, onder wie Bush, van hem maakten, maar een ondergeschikte en labiele figuur. Een kleine schakel in het logistieke netwerk, die reizen van kinderen en vrouwen van Al Qaida-leden mag regelen; meer is hij niet. Maar Bush dacht er anders over. “Ik heb gezegd dat hij belangrijk is. Je laat me toch niet mijn gezicht verliezen, toch? ” zegt hij tegen Tenet. Toch is uit het boek van Suskind duidelijk dat de gevangene niet helemaal onbelangrijk is. Informatie uit zijn appartement leverde het één en ander op. Ook onthulde Abu Zubayhad dat de inmiddels gevangen Khalid Sheikh Mohammed het brein was achter de organisatie van de aanslagen van 11 september.

Deze tekst verscheen op 9 juli 2006 in Het Parool.

Daar kunnen nog wel wat kritische noten aan toegevoegd worden: zoals de beroerde vertaling, de ergeniswekkende neiging om met behulp van niet ter zake doende details te suggeren dat de schrijver overal bij is geweest, het gebrek aan systematiek in het boek. Eigenlijk is het verbazingwekkend dat een boek met zulke feilen zoveel aandacht heeft kunnen krijgen.
Waardering:2sterren

Ron Suskind – De Eenprocentsdoctrine. Exclusieve onthullingen over Amerika’s strijd tegen terrorisme

(Visited 100 times, 1 visits today)

Geen reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.