In 1666 werd Londen getroffen door een legendarisch grote brand. Dat jaar woedde ook nog de pest, die in 1665 was begonnen. Op zee vocht Engeland een oorlog uit met de Republiek der Verenigde Nederlanden. Koning Karel II was aan de macht, maar de onrust die was begonnen met de Engelse Burgeroorlog in 1640 was nog niet ten einde. De Brexit is er niets bij.
In 1666 verscheen ook De stralende wereld van Margaret Cavendish, een opmerkelijk boek over een fantasiewereld waarin een keizerin aan de macht is die met aapmensen, vismensen en vele andere wezens over wetenschappelijke en filosofische thema’s spreekt.
De auteur was Margaret Cavendish, een voormalige hofdame die met de markies van Newcastle was getrouwd. Cavendish verkeerde in wetenschappelijke kringen, ging (een beetje) om met filosofen als René Descartes en Thomas Hobbes. In de Angelsaksische wereld is ze de laatste jaren herontdekt. Maar in Nederland is ze ‘relatief onbekend’, schrijft vertaler Thomas Heij in de inleiding met gevoel voor understatement. Ik had in ieder geval nog nooit van haar gehoord.
Cavendish deed veel dingen als eerste vrouw: de eerste vrouw die het wetenschappelijke genootschap de Royal Society bezocht, de eerste die onder eigen naam wetenschappelijke verhandelingen publiceerde. Ze schreef filosofische werken en voegde daar De stralende wereld aan toe, als een bijlage, waarin haar argumenten in romanvorm naar voren kwamen.
De utopische roman De stralende wereld begint met de ontvoering van een jonkvrouw. Ze komt in een parallelle wereld terecht, waarin de zaken uiteraard net anders zijn dan in de werkelijke wereld. Ze wordt daarin tot keizerin verheven.
Goud
Die andere wereld heeft utopische trekjes, bijvoorbeeld de ruime beschikbaarheid van edelstenen, diamant en edelmetalen, die ook veel meer schitteren dan in de gewone wereld. Gebouwen en schepen zijn van goud, maar alleen de keizerlijke familie mag goud gebruiken. (In Utopia van Thomas More was goud juist een metaal dat hele andere manieren werd gebruikt, onder andere als pispot). Ook blijft iedereen jong. In ieder geval een deel van de wereld is ‘zo aangenaam, gezond, rijk en vruchtbaar als de natuur ze maar kon maken.’ In de ideale wereld is er één heerser en één religie, een heel verschil met het verscheurde Engeland en Europa uit de tijd van Cavendish.
Of dit boek ook feministisch is, is volgens inleider Heij omstreden en dat lijkt me terecht. Aan de ene kant is een vrouw aan het woord en in de vertelling ook aan de macht. Maar in haar eigen inleiding schrijft Cavendish bijvoorbeeld dat de ‘meeste vrouwen geen plezier beleven aan filosofische discussies’.
Aan het eind van het verhaal komt de keizerin naar de aardse wereld, om in te grijpen in een oorlog van de koning van ‘EFSI’( Engeland, Frankrijk, Schotland, Ierland). Mogelijk is dat een verwijzing naar de oorlog met de Republiek.
Toegankelijk
Hoe belangrijk dit boek is, is de vraag. In 1979 werd in een overzichtswerk van utopieën haar fantasiewereld nog afgedaan met de opmerking dat sommige utopieën grenzen aan schizofrenie of de verzinsels van een krankzinnige. Ook sommige tijdgenoten beschouwden haar als een gestoorde vrouw, die niets bijzonders te melden had. Maar de belangstelling is de afgelopen decennia toegenomen, schrijft Heij (die eerder Nieuw-Atlantis van Francis Bacon bezorgde).
Thomas Heij heeft de tekst zeer toegankelijk gemaakt. Hij heeft de soms ellenlange zinnen in stukken geknipt en van een zin soms zelfs meerdere alinea’s gemaakt. Dat maakt het prettiger lezen. De Nederlandse versie staat wel ver af van het origineel, dat je echter zo kan raadplegen.
Ondanks die stevige ingrepen is De stralende wereld geen meeslepend boek. Een groot deel van het werk bestaat uit vraag- en antwoordsessies tussen de keizerin en de diverse wezens over de aard van planten, dieren, de natuur en vooral van de ziel en de geest. In delen van het boek ontbreekt een spanningsboog en die had ook wel iets meer uitleg verdiend. Maar soms is het verhaal zeer vermakelijk, bijvoorbeeld als Cavendish de wereld beschrijft volgens de verbeeldingen van belangrijke filosofen. En het ingrijpen van de keizerin op aarde doet denken aan een superheldenfilm. Ze treedt op als een superheldin die met vuur en verderf strooit.
Dit boek lees je niet als een moderne roman, maar als een manier om met het denken uit die tijd kennis te maken. Of met ideeën die misschien nog wel relevant zijn. Op een bepaalde manier is dit werk zijn tijd vooruit, als een vroege vorm van sciencefiction of fantasy. Dat een geleerde vrouw uit de zeventiende eeuw haar eigen stem liet horen is al opmerkelijk.
Geen reacties