Hij is uitgeroepen tot de machtigste man ter wereld, maar toch blijft Xi Jinping een beetje een schimmig figuur. Is hij een uitwisselbaar personage, die binnen een paar jaar wordt vervangen door een andere partijveteraan met donker pak en zwartgelakt haar? Of is hij de echte opvolger van Mao Zedong, met een eigen persoonlijkheidscultus?
In dit dunne boekje beschrijft sinoloog Kerry Brown het wereldbeeld van Xi. Dit is geen echte biografie, het persoonlijke verleden van Xi is maar een van de ingrediënten waaruit dat wereldbeeld is gevormd. In dit boek, eigenlijk een essay, gaat het niet om de man van vlees en bloed, maar om de politicus, de partijfunctionaris, de leider en ideoloog.
Discipline
In dat wereldbeeld van Xi zijn twee factoren het belangrijkst. Dat zijn de partij en het land. De Chinese communistische partij is het enige vehikel met politieke macht, dat wil zeggen macht over alle domeinen van het openbare leven in China. Wie politiek iets wil betekenen, moet bij de partij zijn. Xi moest tien keer het lidmaatschap aanvragen.
Steeds weer komt in dit boek de centrale rol van de partij terug. Maar in zekere zin is de partij het instrument, en niet het doel. Dat doel van de partij, en van Xi, is om van China een macht te maken die nooit meer door andere landen gekleineerd kan worden, maar een centrale plek in de wereld inneemt. En om het volk te dienen, dat wil zeggen ze in staat te stellen welvarend te worden, de China Dream. Daarvoor moet die partij wel zeer gedisciplineerd zijn, vandaar de anti-corruptie campagne van Xi.
Belt and Road
Dat China nu de tweede economie is, sinds 1979 niet meer betrokken is oorlog, een sterk en moderniserend leger heeft, betekent niet dat de Chinese leiders het idee hebben dat ze hun doel bereikt hebben. Er zijn zorgen over economische instabiliteit, ongelijkheid, onrust, vergrijzing en andere uitdagingen. En dan zijn er de ambities om die centrale rol uit te bouwen, via enorme investeringen in andere landen. Het Belt and Road Initiative geeft China de kans om zijn verhaal buiten de grens te vertellen. Maar wat dat verhaal precies is, dat blijft onduidelijk. Blijft China in feite een outsider zoals het lang was, vraagt Brown zich af. Maar hij is minder alarmistisch dan anderen.
Het denken van Xi Jinping
Door de nadruk op de partij te leggen, relativeert Brown de persoonlijke macht van Xi. Hij heeft geen macht buiten de partij. De gedachten van Xi Jinping, die nu officieel deel uitmaken van de grondwet, zijn eigenlijk niets origineels. Dit boek gaat er nog min of meer vanuit dat Xi halverwege zijn termijn is, terwijl er tekenen zijn dat hij langer wil aanblijven. Kiest Xi het pad van zijn tamelijk kleurloze voorgangers, die overigens ook lange tijd van achter de schermen aan touwtjes bleven trekken? Brown betoogt tamelijk overtuigend dat Xi niet de nieuwe Mao is. De context is immers volstrekt anders.
Aan het eind van zijn boek waarschuwt Brown tegen een te negatief oordeel over China en zijn leider. Want er mag nog zoveel mis zijn met het huidige China, het heeft een lange weg afgelegd. En hij herhaalt nog maar eens dat het complex is.
Als je dit boekje uit hebt, is Xi nog steeds een raadsel (zoals alle mensen?). Maar de schim is wel duidelijker omlijnd.
Overigens zou het aardig zijn als dit boek ook in het Nederlands zou verschijnen.
Geen reacties