Underground – Haruki Murakami

juli 28, 2008

undergroundOp 20 maart 1995 lieten leden van de sekte Aum Shinrikyo gifgas ontsnappen in vijf metrolijnen in Tokio. Twaalf mensen kwamen om het leven, honderden raakten gewond. Het was een van de meest bizarre terroristische aanslagen uit de recente geschiedenis.

Schrijver Haruki Murakami, inmiddels wereldberoemd, interviewde slachtoffers van de aanvallen. Hun verhalen leveren een fascinerend verslag op. Het geeft een inkijkje in het leven van ‘gewone’ Japanners op weg naar hun werk en de invloed van de aanslag.

De aanslag was een verstoring van de dagelijkse routine. In bijna ieder stuk komt het ijzersterke Japanse arbeidsethos naar voren. Bijna iedereen vertelt over de lange werkuren en de gewoonte vroeger dan de officiële werktijd naar het werk te gaan. Uiteraard zitten – en staan – op maandagochtend vooral forensen in de metro. En dat ze de gewoonte hebben om iedere dag op dezelfde plek te zitten, is op zich niet verwonderlijk. In Nederland is dat niet anders. Maar hun reactie is wel verbazingwekkend. Velen zijn vastbesloten om zich door de aanslag niet van de wijs te laten brengen.

Een van de slachtoffers beschrijft hoe hij toch een pakje melk gaat kopen, ondanks dat hij bijna niets meer ziet en moeilijk ademt. Anderen zien mensen letterlijk naar hun werk kruipen. Hun routine mag niet in de war worden geschopt. Veel slachtoffers laten zich pas behandelen als ze op hun werk horen waar ze aan blootgesteld zijn. Er is weinig collectieve actie, iedereen lijkt vooral langs elkaar heen te bewegen. Daar zijn wel uitzonderingen op, zoals de zeer betrokken perronwachten en andere medewerkers van de metro.

Het zijn soms zeer schrijnende verhalen, zoals over de vrouw die zwaar getroffen is en amper kan praten. Murakami gaat toch naar haar toe. Of de zwangere vrouw die haar man verliest. Anderen voelen zich geen slachtoffer, omdat ze maar lichte klachten hebben. Murakami staat ze zeer empathisch te woord. Hij wil zich onderscheiden van de media die volgens hem niet de juiste vragen stelde en teveel op sensatie uit was. Zijn benadering pakt goed uit, want je krijgt het idee dat de slachtoffers echt hun verhaal kwijt kunnen.

Wel wordt duidelijk dat de hyper-georganiseerde Japanse samenleving op deze aanslag het antwoord in feite schuldig blijft. Dat de hulpverlening  traag op gang komt is gezien de aard en de schaal van de aanslag niet onverwacht. Maar het verhaal van een medicus die vanuit een provincie-ziekenhuis collega’s in Tokio per fax (het pre-email tijdperk) op de hoogte stelt van de symptonen, dat komt wel erg amateuristisch over.

Dit boek is voor een groot deel bedoeld om te laten zien welke invloed de aanslag heeft op de Japanse psyche. Hij verwerpt de neiging om de terroristen van Aum als de definitieve ‘zij’ te zien. Bij eerdere manifestaties van Aum, ze deden in 1990 mee aan de verkiezingen in het district waar hij woonde, voelde hij zich ongemakkelijk. Hij wilde er niet mee geconfronteerd worden. Dat verraadt misschien het gevoel dat ze toch ergens een zwakte van de Japanse samenleving blootleggen. Aum houdt de Japanners een spiegel voor, maar niet noodzakelijkerwijs een waar ze in willen kijken.

Dat is misschien wel karakteristiek voor Japan. Ook eerdere ‘incidenten’ uit de Japanse geschiedenis werden niet geanalyseerd. Er werd niet van geleerd. Aan het eind van het boek komt hij nog eens op de analogie met het verleden terug. In de jaren dertig trokken getalenteerde Japanners naar Mantsjoerije, met het idee dat ze daar hun energie kwijt konden, wat in de nogal rigide Japanse samenleving niet ging. Ook de leden van Aum zochten een doel.

In het laatste deel van het boek spreekt Murakami ook met (ex-)leden van Aum. Hier stelt hij zich meer als de kritische ondervrager op, maar ook met een geduldig oor. Hij laat de mannen en een enkele vrouw hun verhaal doen. Over het algemeen gaat het om gevoelige types, die worstelen met levensvragen en zich in de gewone samenleving niet op hun plek voelden. Als ze lid worden moeten ze flink betalen om deel te kunnen nemen aan cursussen. Het doel is om los te komen van ‘verbindingen’, of het nu familie is, of andere zaken en zo ‘verlichting’  te bereiken. Een tweede fase is dan ook dat ze het gewone leven afzweren en volledig in de sekte opgaan.

De ideologie van Aum is een ondoorgrondelijk allegaartje, waarin radicale boeddhistische opvattingen en een eindtijd-verlangen samengaan. Wat nu precies de motieven achter de aanslagen was, blijft deels in nevelen gehuld. Maar duidelijk is ook dat diegenen die niet deelnamen, soms niet uitsluiten dat ze hetzelfde hadden kunnen doen.

Dit is een ongewoon boek over terrorisme, niet geschreven door een expert of direct betrokkene. Met zijn grote inlevingsvermogen weet Murakami  slachtoffers als sekteleden een stem te geven.

 

(Visited 477 times, 1 visits today)
Samenvatting
Review Date
Boektitel
Haruki Murakami, Underground (2001)
Waardering
51star1star1star1star1star

Geen reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.