Was het echt nodig dat Geert Mak een Epiloog deed verschijnen bij zijn boekwerk over het Europa van de laatste twintig jaar, Grote verwachtingen? De ingrijpendheid van de corona-epidemie leek daarom te vragen. Werd alles niet opeens anders, ingewikkelder, moeizamer, somberder? Mak vond van wel. Het einde der tijden leek hem te naderen. ‘Het is alsof een engel uit het boek Openbaringen plotseling is neergedaald en met zijn adem dood en rampspoed over deze aarde blaast: een nieuw virus is opgestaan.’ De ‘zondoorstoofde generaties’ worden nu getroffen. ‘We waren toch onsterfelijk?’ vraagt hij zich af. De observatie dat een samenleving die de zaken nogal onder controle te hebben leek te hebben nu door een crisis getroffen wordt, pent hij in grote woorden neer. Mak presenteert de lezer vooral een overzicht van wat hij in de kranten heeft gelezen, hij citeert de te verwachten boeken als De pest en Decamarone en een paar hedendaagse studies over plagen en pandemieën. Belangrijke thema’s komen aan bod, zoals de onderschatting in Europa van het virus, de druk op de zorg, de regeringen die op de tast maatregelen namen, de economische gevolgen. Maar er is weinig tot niets bij wat de oplettende nieuwsvolger niet…
Wat betekent de corana-epidemie? Allerlei activisten, denkers en politici hebben daarover gespeculeerd. En dat is begrijpelijk. De enorme schaal van deze pandemie en de reacties daarop schreeuwen om duiding. Die kan uiteenlopen van bizarre complottheorieën (‘5G verzwakt ons immuumsysteem’) tot filosofische analyses waarin grote begrippen als ‘de natuur’, ‘de planeet’ en ‘de mensheid’ je om de oren vliegen. De interpretatie van politiek analist Ivan Krastev bevindt zich in een soort middengebied. In zijn boekje Morgen komt geen dag te laat weidt hij af en toe uit over wat bijvoorbeeld ‘thuis’ betekent: ‘De plek waar we het liefst zijn in tijden van groot gevaar’. Maar vaker gaat het over de politieke en economische gevolgen van de pandemie en dan vooral over Europa. Iets minder pretenties dus dan Slavoj Žižek die onderzocht hoe ‘corona de wereld verandert’. Krastev is ervan overtuigd dat de gevolgen van de pandemie groot zullen zijn. Onder de vooruitkijkers hoort Krastev tot de pessimisten. Hier geen perspectief op een groene, post-kapitalistische wereld. Vooral de globalisering zal sterk veranderen. Covid-19 is met name een steun in de rug voor ontwikkelingen die al gaande waren. De afname van globalisering is er daar een van, de assertiviteit van autoritaire leiders een…
Iets na de helft van Grote verwachtingen heeft Geert Mak een ‘intermezzo’ ingelast. Hier komt hij, nog duidelijker dan in de andere hoofdstukken, zelf aan het woord, over zijn woonplaatsen Amsterdam en Friesland. Het is een weemoedig stemmend hoofdstuk. Een gevoel van verlies, het verdwijnen van een aantrekkelijke omgeving, van een ‘thuis’, staat centraal in zijn eigen ervaring. “Mijn oude Amsterdam loste langzaam op,” schrijft Mak. Want de hoofdstad is onder de voet gelopen door massatoerisme, het slachtoffer van internationalisering die geen variatie, maar juist eenvormigheid oplevert. Het is voor iemand die in Amsterdam woont herkenbaar en waarschijnlijk voor andere Nederlanders ook een bekend verhaal. Maar ook Friesland ontkomt niet aan veranderingen. En dat zijn geen verbeteringen. In die provincie werd de schaalvergroting – in de landbouw, maar ook in het onderwijs, – merkbaar. ‘Het land is volgepompt met stront’ en de klimaatverandering slaat toe. De natuurlijke omgeving verandert, verslechtert. Mak schrijft vermakelijk over het opgeklopte circus rond Leeuwarden als Culturele Hoofdstad van Europa, met veel marketing en prietpraat. Uiteindelijk werd het dankzij de Friezen toch een mooi feest. Blokkeerfriezen In de ‘cultuurstrijd’ rond Zwarte Piet neemt hij opmerkelijk stelling. De voorvrouw van de ‘blokkeerfriezen’ krijgt van hem een welwillende…
Soms kan het geen kwaad een pamflet of essay niet direct na verschijnen te lezen. De Bulgaarse politicoloog Ivan Krastev schreef Na Europa in 2016 en 2017. Toen met de overtuiging dat de Europese Unie gedoemd was uiteen te vallen. Het ‘daverend geraas van structuren die in elkaar zakten’ klonk. In 2018, bij het verschijnen van de Nederlandse editie, mogen de Europeanen hopen op veerkracht. En in 2019? De Europese Unie bestaat nog steeds. Zoals Krastev schrijft is er in zekere zin meer Europa dan ooit. Het is voor Denen en Portugezen nu van belang wie er in de regering zitten van Polen en Oostenrijk. We volgen de begrotingsproblemen van Italië alsof of omdat ons eigen geld op het spel staat. Habsburgse rijk Krastev presenteert zijn essay als een déjà-vu ervaring. Hij vergelijkt de EU met het Habsburgse Rijk, dat zoals bekend in 1918 uiteenviel in nationale staten. En hij wijst op de ervaring met de Sovjet-Unie, ook al zo’n ingestort imperium. De inwoners van Oost-Europa hebben heel wat rijken zien instorten. Dat kan, nee zal, dus opnieuw gebeuren. Of toch niet? Migratie Migratie is volgens hem het centrale vraagstuk voor de EU. Hij noemt die zelfs het Europese 9/11….
Historici deinzen de laatste tijd niet terug voor de grote greep. En dat levert fraaie resultaten op. Denk bijvoorbeeld aan Harari of Scheidler. De Belgische historicus Jonathan Holslag houdt zich ook niet bezig met een klein voorval of een detailstudie. Hij beschrijft maar liefst 3000 jaar politieke geschiedenis in zijn boek Vrede en oorlog. Het is een ambitieus, maar ook toegankelijk werk geworden met een zeer brede insteek. Holslag, bekend van eerdere werken over Europa en China, heeft hier inderdaad bijna een wereldgeschiedenis van gemaakt. Eurazië speelt de hoofdrol. In veel mindere mate komen de Amerika’s aan bod. Sub-sahara Afrika en Australië blijven bijna geheel buiten beschouwing, maar daar woonde lange tijd bijna niemand en daar zijn weinig bronnen van. Het gaat hier om grote politieke eenheden die vaak streefden naar machtsuitbreiding. Een eurocentrische blik volstaat niet. En dat is terecht, want zoals Holslag schrijft, begon de westerse overheersing pas echt vanaf 1750. Lange tijd was zeker het noordwesten van Europa een nauwelijks relevante uithoek van het strijdtoneel. Bijzonder is ook dat het recente verleden niet bevooroordeeld wordt. Ieder tijdvak van 250 jaar vanaf 1000 BCE (before common era) krijgt ongeveer evenveel pagina’s. Wie wat van de huidige internationale betrekkingen…
Dit boek valt meteen op door het grote formaat en de kleurrijke inhoud. Op bijna iedere pagina staan plaatjes, van filosofen, maar ook van popartiesten, architectuur, graffiti en nog veel meer. Filosofie is hier niet alleen het werk van de grote denkers, maar komt naar voren in allerlei uitingen van de cultuur. Ger Groot schreef een geschiedenis van de westerse filosofie met een duidelijke lijn in zijn betoog. Sinds Descartes besloot dat hij was omdat hij dacht – Cogito ergo sum – kwam de mens centraal te staan in het wereldbeeld. Langzaam maar zeker werd God van zijn centrale plaats verdreven, tot Nietzsche constateerde dat Hij dood was. De ‘geest’ ging uit de fles en daarna bleef die fles min of meer leeg, ondanks de pogingen van filosofen om die weer te vullen. Dit is hiermee ook een geschiedenis van het humanisme, in de betekenis zoals Harari die daaraan geeft in zijn boek Homo Deus. De mens staat centraal in filosofie, maar ook in de politiek, de economie en in ons eigen gevoelsleven. We zijn niet op aarde om Hem te dienen, maar om zelf gelukkig te worden. Maar dat gaat dus niet zo eenvoudig. Democratie Ger Groot legt er…
We leven in de beste van alle werelden, zei de Duitse filosoof Gottfried Leibniz in het begin van de achttiende eeuw. En drie eeuwen later zegt de Zweedse onderzoeker en docent Johan Norberg het in zijn boek Vooruitgang hem na. Niet alleen is het nu beter dan het ooit geweest is, er zijn ook ‘tien redenen om naar de toekomst uit te kijken’, zoals de ondertitel van dit boek luidt. Dit is het onbeschaamde verhaal van de vooruitgang, hoe de wereld een betere plaats wordt voor steeds meer mensen. En hoe dat mogelijk is. Vooruitgang is in de visie van Norberg in de eerste plaats verbetering van de leefomstandigheden. En die verbetering is spectaculair snel gegaan, in Europa de afgelopen tweehonderd jaar, in veel andere gebieden zelfs in een nog kortere tijd. We leven langer, zijn schoner, gezonder, gelijker, geletterder en vrijer dan ooit tevoren. En dat met miljarden meer dan een paar eeuwen geleden. Norberg doet alsof dit enorme onthullingen zijn, maar iedereen die een beetje op de hoogte is van mondiale ontwikkelingen weet dat natuurlijk. Een econoom als Robert Gordon schreef bijvoorbeeld over de enorme ontwikkeling in de VS sinds 1850. Voor het stuk over geweld leunt…
Twee boeken over migratie vragen de Europeanen de mensheid als uitgangspunt te nemen. Dat is consequent geredeneerd, maar nu nog een stap te ver. Zonder migratie was de mens niet over de wereldbol uitgezworven, maar in een stukje van Afrika blijven steken. Maar net als andere dieren breidde de mens zijn territorium uit, tot over de hele wereld. Maar de menselijke contacten tussen de continenten raakten verbroken, een situatie die millennia duurde. Pas de westerse expansiedrift en techniek van de afgelopen vijf eeuwen bracht de mensheid bij elkaar in één economisch wereldsysteem. Dat had en heeft vergaande culturele, sociale en politieke implicaties. Een van de gevolgen is dat mensen in een mum van tijd over de wereld kunnen reizen en migreren. Een andere consequentie is de verspreiding van het idee van universele mensenrechten, die in principe gelden voor iedereen, ongeacht ieders geboortegrond. Dat het in de praktijk veel uitmaakt waar je bent geboren, is dagelijks te zien aan de grenzen van de Europese Unie. Mensensmokkelaars doen goede zaken, omdat legale migratie voor grote groepen is uitgesloten. Zelfs mensen die in Europese landen recht op asiel hebben, komen ‘Fort Europa’ amper in zonder hun leven te riskeren. Toen vorig jaar honderdduizenden…
Het is een cliché geworden: de clash of civilizations. Het beeld van botsende beschavingen wordt van stal gehaald als immigranten met een moslim-achtergrond vrouwen aanranden, als Iran en Saoedi-Arabië de confrontatie aangaan, na terroristische aanslagen of als de islam weer eens wordt aangevallen. Het kan gebruikt worden voor iedere keer als (aanhangers of leden van) twee religies of culturen op een onaangename manier met elkaar in aanraking komen. Daarmee heeft de term van Samuel Huntington een betekenis gekregen die verder gaat dan hij had bedoeld. The Clash of civilizations and the remaking of world order, dat in 1996 verscheen, was in eerste instantie een poging om een nieuw raamwerk te bieden voor het begrijpen van de internationale politiek na de Koude Oorlog. Machtsblokken rond één ideologie zouden niet meer de belangrijkste spelers op het globale toneel zijn. De strijd zou voortaan gaan tussen beschavingen. De overzichtelijkheid van de twee blokken zou plaats maken voor een druk bezet podium. Huntington ontwaarde een stuk of acht beschavingen: de westerse, orthodoxe, islamitische, Latijns-Amerikaanse, Chinese, Japanse, hindoeïstische, boeddhistische, Japanse en misschien ook de Afrikaanse. Beschavingen zijn de grootste groep waar mensen een ‘wij-gevoel’ bij hebben, afgezien dan van de mensheid. Iemand kan Jordanees zijn,…
Korte inhoud: Mensenrechten zijn niet het logische vervolg op de vrijheidsstrijd van de westerse mens door de eeuwen heen, maar hebben pas recent hun bijna heilige status gekregen. Mensenrechten gaan nu boven de politiek uit, hebben het laatste woord. Maar het is de vraag of dat zo moet blijven. Stelling van het boek: Mensenrechten zijn de laatste utopie. Stijl: Vrij zwaar academisch. Geschikt voor: mensen die zich bezig houden met mensenrechten en daar kritisch naar durven kijken.