Mijn vriend Luc Panhuysen heeft in dit prachtige en kloeke boek een heel breed beeld van het rampjaar geschetst. De persoonlijke verhalen van drie hoofdpersonen, de diplomaat Godard Adriaan, zijn vrouw Margaretha Turnor en hun zoon, de militair Godard, zijn op een hele slimme manier gemengd met de algemene geschiedenis van de Republiek. De drie, die onderling driftig correspondeerden, waren nauw verbonden, maar ondergingen zeer verschillende ervaringen in dit rampjaar. Rampjaar staat op de shortlist voor de Grote Geschiedenisprijs en is opvallend genoeg het enige van de vijf geselecteerde werken die geen biografie is.
Nederland en New York vieren dit jaar dat vierhonderd jaar geleden een Engelsman per ongeluk het gebied ontdekte waar veel later de ‘Big Apple’ zou ontstaan. Om het belang van die gebeurtenis te benadrukken is er in opdracht een tweetalig werkje verschenen van de bekende historici Geert Mak en Russell Shorto. Het is voorzover ik weet niet in de winkel te koop, maar wordt cadeau gedaan tijdens de festiviteiten die verband houden met de viering van de vier eeuwen Nederlands-New Yorkse betrekkingen. Burgemeester Job Cohen citeerde er al uit in zijn nieuwjaarstoespraak. Maar wat was eigenlijk de betekenis van de dwaaltochten van Henry Hudson?
Recensie door: Luc Panhuysen De Republiek der Verenigde Nederlanden werd op het hoogtepunt van haar macht in de zeventiende eeuw omringd door hongerige haaien. De Republiek dacht het spel van de grote politiek te kunnen overleven door zichzelf te blijven en gewoon veel geld te blijven verdienen. Maar dat vergrootte slechts de jaloezie, vooral bij die andere zeevarende natie, Engeland. Mede hieruit zijn de Engelse oorlogen voortgekomen, de conflicten die de vaderlandse geschiedenis haar grootste zeehelden en de meest monumentale zeeslagen hebben nagelaten. De eerste Engelse oorlog (1652-54) werd voornamelijk gevochten onder bevel van Maarten Tromp, de tweede (1665-67) en de derde (1672-74) onder Michiel de Ruyter. De eerste Engelse oorlog verliep rampzalig. De Nederlandse vloot bestond hoofdzakelijk uit bewapende koopvaardijschepen die niets konden beginnen tegen de Engelse zeekastelen. Het overleven van de Republiek stond op het spel. Als de rijke retourvloten uit de kolonieën niet konden worden beschermd, was er weldra geen geld meer om de oorlog te bekostigen en was men overgeleverd aan de grijpgrage vijand.
Recensie: Luc Panhuysen Vroeger hadden vaderlandse geschiedenissen steevast minstens tien delen, met meerdere contributanten die allen nadrukkelijk `professor’ voor hun naam hadden staan. Het waren boekwerken met het gewicht van een instituut, waarvoor de fine fleur van elk tijdvak was ingeschakeld en die de geschiedenis omvatte tot in haar kleinste zijpaden. Er worden nog steeds geschiedenissen van Nederland geschreven, maar niet meer door de universitaire keurtroepen. Ook zijn ze ééndelig, bijna draagbaar. Het meest bekend is het boek van Gerlof Verwey, een man die zich na een carriere in het bankwezen zette aan het schrijven van het in 1976 uitgekomen Nederland, levensverhaal van zijn bevolking. Dit boek beleeft nog steeds herdrukken. Onlangs verscheen verscheen Nederland, de vaderlandse geschiedenis van prehistorie tot nu door Han van der Horst. Van der Horst is werkzaam bij het Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs en heeft slechts één andere titel op zijn naam staan: The Low Sky. Understanding the Dutch, een boek voor buitenlanders om Nederland te leren begrijpen
Dit is een verhalende, maar ook analytische geschiedenis van de eerste decennia van New York als kolonie. Als Nederlandse, multi-etnische kolonie, wel te verstaan. Russell Shorto is ervan overtuigd dat de Nederlandse oorsprong een van de belangrijkste invloeden is geweest op de ontwikkeling van New York, en daarmee van de hele Amerikaanse cultuur. Dit is een tegenpool geweest van de Engelse puriteinse geest die in Nieuw Engeland overheerste.